Aalsmeer – “Onfatsoenlijk en onverkoopbaar”. In het licht van de recente ontwikkelingen rond luchthaven Schiphol heeft wethouder Bart Kabout een duidelijk signaal afgegeven richting Den Haag. De luchtvaartnota die door minister Van Nieuwenhuizen is gepresenteerd vormt samen met een boterzacht hinderreductieplan van Schiphol de aanleiding voor de open brief.
Niet gehoord over Schiphol
In de brief aan het kabinet en de Tweede Kamer schrijft wethouder Bart Kabout van Schipholzaken dat de inwoners van Aalsmeer zich niet gehoord voelen in Den Haag. “Ze zijn het meer dan zat en hebben het vertrouwen in de overheid verloren”, zegt Kabout. “Er is door inwoners dan ook een juridische procedure gestart. Als gemeentebestuur hebben we daar alle begrip voor, mede gelet op de grote zorgen over gezondheidsschade en verstoring van het woongenot“.
Onfatsoenlijk en onverkoopbaar
In de brief wordt gesteld dat hindertoename in een (binnen)gebied dat in het zeer recente verleden al te maken heeft gehad met extra hinder onfatsoenlijk en onverkoopbaar is. “Hinderreductiemaatregelen moeten de situatie van onze inwoners vanzelfsprekend verbeteren en niet verslechteren“, stelt Kabout. “Anders kan een Uitvoeringsplan Hinderreductie niet serieus genomen worden. Dat er nu onder de noemer hinderreductie wordt voorgesteld om de zuidelijke startroute vanaf de Aalsmeerbaan te verleggen richting Kudelstaart valt bij ons dan ook heel erg verkeerd“.
Aantal vluchten omlaag
Het uitgangspunt van de gemeente is dat van groei (boven 500.000 vluchten per jaar) geen sprake kan zijn, maar dat het aantal vluchten over onze gemeente juist sterk omlaag moet. Het aantal vluchten op de secundaire banen (Aalsmeerbaan en Zwanenburgbaan-zuid) is de afgelopen jaren disproportioneel gegroeid. Daar kwam de extra overlast als gevolg van een verkorte bochtstraal van de Kaagbaan nog eens bij.
Die bochtstraal werd verkort om het verder van de luchthaven gelegen Leimuiden te ontzien. “Voor de gemeenteraad, het college van Aalsmeer en onze inwoners is genoeg daarom genoeg“, zegt Bart Kabout. “Er kan voor wat betreft vliegbewegingen boven onze gemeente niets meer bij. Sterker nog, er moeten vluchten af“.
Secundair ontlasten, primair beter gebruiken
In de brief stelt de wethouder dat om te beginnen de secundaire banen ontlast moeten worden, en wel zo dat dit merkbaar is. “Terug naar het aantal vliegbewegingen uit 2009 is een goed begin. Maar de optelsom van de overlast van drie banen boven Aalsmeer mag daarbij niet uit het oog worden verloren“, stelt Kabout. “Ook het vaker gebruiken van de primaire Kaagbaan als gevolg van het ontzien van de secundaire banen zou namelijk voor een groot deel van onze gemeente een toename van overlast tot gevolg hebben, tenzij de verkorte bochtstraal wordt herzien. Elke toename van overlast is voor ons uit den boze”.
Brief van de kinderraad
In het statement verwijst de wethouder ook naar een recente brief van de kinderraad aan de minister-president. Die sprak voor de wethouder boedelen. “De kinderen weten niet beter dan dat er vliegtuigen over hun hoofden razen. In deze coronatijd ervaren zij voor het eerst vrijwel dagelijks schone lucht en rust“, constateert Kabout. “Zij vragen in de brief of deze rust en frisse lucht niet altijd kunnen blijven, al snappen ze heus wel dat mensen soms moeten reizen. Wij moeten zorgen voor hun gezonde toekomst. Laten we ze alsjeblieft serieus nemen“.
Oproep
De brief eindigt met een oproep aan beleidsmakers in Den Haag: ‘U allen en de luchtvaartsector dragen de verantwoordelijkheid voor de gezondheid en het welzijn van onze 32.000 inwoners. Til daar alstublieft niet te licht aan‘. Het college en de voltallige gemeenteraad onderschrijven de woorden van wethouder Kabout. Het volledige statement is bijgevoegd en ook te lezen op www.aalsmeer.nl.
