De elektriciteitsproductie uit hernieuwbare bronnen is in 2022 vergeleken met een jaar eerder met 20 procent gestegen. De elektriciteitsproductie uit fossiele bronnen daalde met 11 procent. In 2022 kwam 40 procent van de totale elektriciteitsproductie uit hernieuwbare bronnen, een jaar eerder was dit 33 procent. Dit meldt het CBS op basis van voorlopige cijfers.
Hernieuwbare elektriciteit
De productie van elektriciteit is in 2022 vergeleken met een jaar eerder gelijk gebleven. De elektriciteitsproductie uit hernieuwbare bronnen steeg met 20 procent naar 47 miljard kWh. De productie uit zon nam met 54 procent toe, die uit wind met 17 procent. Dat hangt grotendeels samen met de gestegen capaciteit (zon +4 GW, wind +1 GW) en met meer gunstige weersomstandigheden. De productie van elektriciteit uit biomassa en waterkracht daalde.
Minder elektriciteit uit aardgas
De elektriciteitsproductie uit fossiele brandstoffen nam in 2022 vergeleken met een jaar eerder met 11 procent af naar 67 miljard kWh. De productie van elektriciteit uit aardgas daalde met 16 procent naar 47 miljard kWh, mede door de hoge aardgasprijzen.
De productie van elektriciteit uit kolen bleef met 16 miljard kWh gelijk aan een jaar eerder. Het opheffen van het productiemaximum bij kolencentrales, sinds juni 2022, heeft hierbij een rol gespeeld.
Meer invoer uit Verenigd Koninkrijk, minder uit Duitsland en Noorwegen
De invoer van elektriciteit is in 2022 met 11 procent gedaald naar 19 miljard kWh. De uitvoer nam toe met 11 procent naar 23 miljard kWh. Hierdoor is er weer sprake van een netto uitvoersaldo, in tegenstelling tot een jaar eerder toen er sprake was van een gering invoersaldo.
De invoer uit Noorwegen (-49 procent) nam af, mede omdat daar minder elektriciteit uit waterkracht werd geproduceerd. Ook de invoer uit Duitsland daalde (-23 procent), dit als gevolg van een afname van nucleaire productie. De invoer uit het Verenigd Koninkrijk liet juist een stijging zien door toename van productie uit wind.
Onderhoud Franse kerncentrales
Vanuit Frankrijk werd er minder elektriciteit uitgevoerd naar België en Duitsland, mede omdat er langdurig onderhoud was bij de Franse kerncentrales. Daardoor waren deze landen genoodzaakt een deel van hun elektriciteit elders te halen, ook omdat de productie uit nucleaire bronnen in eigen land was afgenomen. Mede daardoor steeg de uitvoer van elektriciteit uit Nederland naar België en Duitsland.
(Bron: CBS)