Wetterskip Fryslân sluit het jaar 2022 af met een positief resultaat van 5,4 miljoen euro. Dat is hoger dan verwacht door verschillende meevallers. Er bleef ook geld over doordat geplande werkzaamheden niet konden worden uitgevoerd. Deze worden in 2023 ingehaald.
Dit blijkt uit de jaarrekening die het dagelijks bestuur deze week ter vaststelling voorlegt aan het algemeen bestuur. Het positieve jaarresultaat is een optelsom van factoren. Meevallers waren bijvoorbeeld de belastinginkomsten, die hoger uitvielen doordat gemeentelijke WOZ-waarden harder stegen dan verwacht. De oplopende rente maakt dat er geld vrijviel uit opgebouwde pensioenvoorzieningen. Grondverkopen leverden meer geld op dan verwacht.
Uitgestelde werkzaamheden Wetterskip
Daar bovenop bleef er geld over doordat verschillende projecten leden onder ontwikkelingen op het wereldtoneel, zoals de oorlog in Oekraïne. Die leidde tot oplopende prijzen van energie en grondstoffen en schaarste aan bouwmaterialen. Ook de krapte op de arbeidsmarkt speelde Wetterskip Fryslân net als veel andere organisaties parten. Niet alle vacatures konden tijdig worden ingevuld.
Hierdoor duurde het langer om geplande baggerklussen van de grond te krijgen, bijvoorbeeld in stedelijke wateren, grote vaarten en het Nannewiid. Ook vervangingen in de aansturing op afstand van gemalen en een subsidieregeling voor waterconservering op zandgronden liepen vertraging op.
Algemene reserves
Om de achterstanden bij het Wetterskip weg te werken wil het dagelijks bestuur de 3,6 miljoen euro die in 2022 niet volgens plan zijn uitgegeven nu inzetten als zogenaamde bestemmingsreserve. Het geld wordt gebruikt om de werkzaamheden in 2023 alsnog uit te voeren, zonder dat dit effect heeft op de al vastgestelde begroting voor dit jaar.
Het positieve resultaat van 5,4 miljoen euro wordt toegevoegd aan de algemene reserves. In 2023 wordt een deel van de algemene reserves ingezet om belastingtarieven te dempen, zodat het geld indirect terugvloeit naar de belastingbetalers. Het algemeen bestuur stelt de jaarrapportage op 23 mei vast.