Het COA (Centraal Orgaan opvang Asielzoekers) en de gemeente Sint-Michielsgestel voeren gesprekken met derden om te komen tot een opvanglocatie voor vluchtelingen. Het gaat om een locatie voor 10 jaar die groot genoeg is om er driehonderd plekken te realiseren voor vluchtelingen van buiten de EU en voor statushouders die nog geen woning hebben.
Over de termijn waarbinnen een locatie bekend wordt kan het college van Burgemeester en Wethouders nog geen uitspraken doen. “Er wordt vanuit de gemeente en vanuit het COA samengewerkt om een goede plek te vinden voor de vluchtelingen. Daar hebben we vastgoed of grond van derden voor nodig. Wanneer de gesprekken die we met hen voeren tot resultaat gaan leiden, weten we nu simpelweg nog niet.”
Ontwikkelingen opvang
Het college is zich bewust van het feit dat veel inwoners vragen hebben over de huidige stand van zaken rondom vluchtelingen nu het kabinet hierover is gevallen. “Ongeacht de ontwikkelingen in Den Haag, hebben we te maken met een grote groep mensen die inmiddels in ons land is en dringend onderdak nodig heeft. Dat was vorig jaar zo en dat is nog steeds zo. Elke gemeente in Nederland heeft dan ook de opgave om vluchtelingen te huisvesten. Wij ook”, legt burgemeester Han Looijen uit.
Afspraken in de regio over locatie
Binnen de regio Brabant-Noord is gekeken hoe en waar deze mensen het best kunnen worden opvangen. Sint-Michielsgestel heeft binnen de regio afgesproken op zoek te gaan naar een locatie met 300 plekken voor vluchtelingen van buiten de EU en voor statushouders die nog geen woning hebben. Dat doet de gemeente samen met het COA.
Ook gesproken over mogelijk uitstel Spreidingswet
Burgemeester Looijen: “Natuurlijk is er binnen de regio ook gesproken over de actuele politieke ontwikkelingen. De val van het kabinet en een eventueel uitstel van de Spreidingswet hebben voor de gemeenten in onze regio geen invloed op de uitvoering van de afspraken in het regioplan. Wij blijven ons in Sint-Michielsgestel dus inzetten om zo snel mogelijk onze opgave in te kunnen vullen.
Al is het maar om te voorkomen dat er straks opnieuw vluchtelingen buiten moeten slapen. Wanneer we er in ons land met elkaar niet in slagen om dit op te lossen, kan het zijn dat gemeenten alsnog de vraag krijgen om te zorgen voor crisisnoodopvang.”