Op woensdag 23 juli 2025 heeft de rechtbank Gelderland uitspraak gedaan tegen zorgorganisatie Driestroom en gezinshuis Helder in Cothen en haar bestuurders in de civiele zaak die de gemeente Wijk bij Duurstede had aangespannen. De zaak ging over de declaratie van zorggeld dat bedoeld was voor kwetsbare kinderen.
In het voorjaar van 2020 ontving de gemeente ernstige signalen over de situatie in gezinshuis Helder in Cothen. In een gezinshuis wonen kinderen die niet meer thuis kunnen wonen. Ze ontvangen daar jeugdhulp in een gezinsachtige omgeving. De gemeente betaalt deze hulp.
Onderzoek naar Driestroom
Uit onderzoek van Driestroom, de moederorganisatie van het gezinshuis, bleek dat de kwaliteit van zorg ernstig tekortschoot. Er werd gesproken van een onveilig leefklimaat, onprofessioneel gedrag van de gezinshuisouders en mogelijk onterechte declaraties.
De gemeente richtte zich direct op de veiligheid van de kinderen. In maart en april 2021 zijn alle acht kinderen overgeplaatst naar andere, veilige woonplekken.
Omdat er sterk het vermoeden was dat er ten onrechte zorgkosten in rekening waren gebracht, startte de gemeente een rechtszaak. Uit voorzorg werd ook beslag gelegd op banktegoeden en eigendommen van het gezinshuis. De zaak kwam in juni 2022 voor de rechtbank.
De uitspraak
De rechtbank stelt de gemeente in het gelijk. Driestroom en gezinshuis Helder zijn hoofdelijk veroordeeld tot het terugbetalen van € 1.596.804, te vermeerderen met wettelijke rente. Daarnaast moet Helder Cothen nog € 888.363 extra betalen. Ook zijn Helder Cothen en Excellent Care proceskosten verschuldigd aan de gemeente.
Waarnemend burgemeester Frits Naafs is tevreden met de uitspraak van de rechter:
“Deze uitspraak onderstreept dat misbruik van publieke middelen en nalatigheid in de jeugdzorg niet zonder gevolgen blijven. Kinderen hebben recht op goede en veilige zorg en daar zullen wij als gemeente op blijven toezien.”
De gemeente Wijk bij Duurstede gaat het vonnis tenuitvoerleggen. Dit betekent dat het geld wordt teruggevorderd. Omdat het vonnis uitvoerbaar bij voorraad is verklaard, hoeft de gemeente een eventueel hoger beroep niet af te wachten.
