Nijmegen – Minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat neemt maatregelen om de bevaarbaarheid van de Waal bij Nijmegen te verbeteren. Binnenvaartschepen hebben door erosie van de bodem en droogte last van de ondiepe rivierbodem bij een lage waterstand in de rivier. De minister trekt in totaal €7,7 miljoen uit voor verbeteringen aan het knelpunt.
Knelpunt in de Waal
Bij een lage waterstand in de rivier hebben schepen last van de beperkte vaardiepte van de Waal. Het knelpunt wordt gevormd door een harde laag op de bodem van de rivier. Door de bodem van deze harde laag af te vlakken, verdwijnen de hobbels en verbetert de bevaarbaarheid. Verder komt er een geleidelijke overgang van de harde laag naar de zandige rivierbodem. Dit maakt de overgang van diep naar ondiep vaarwater minder abrupt waardoor de kans kleiner is dat binnenvaartschepen contact maken met de harde laag en beschadigd raken.
Ook lage rivierstand bewaken
Minister Van Nieuwenhuizen: “Droogte zorgt voor problemen met de bevaarbaarheid van onze rivieren. Daarom moeten we ons niet alleen meer richten op waterveiligheid en de hoogste stand van het water, maar zeker ook op de laagste stand die ontzettend belangrijk is voor onze binnenvaart. De maatregelen bij Nijmegen zijn daar een mooi voorbeeld van.”
Aanpassingen gereed in 2020
Het verbeteren van de bevaarbaarheid van de Waal gebeurt in samenwerking met brancheorganisatie BLN Schuttevaer en Topsector Water en Maritiem. De voorbereidingen voor de aanpak starten dit jaar. In 2020 moeten de aanpassingen gereed zijn. Naast de maatregelen om op korte termijn de binnenvaart te helpen, wordt ook verder vooruit gekeken. De verbeteringen aan de bodem geven inzicht in hoe waterstanden in de toekomst bij laag water positief zijn te beïnvloeden. Ook wordt bekeken wat deze ingrepen betekenen voor andere rivierfuncties, zoals waterveiligheid.