In de eerste vier maanden van 2018
Handheld bellen
Er is in de eerste vier maanden van 2018 zowel een stijging te zien in het aantal op kenteken geconstateerde verkeersovertredingen als in het aantal staande houdingen ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder. Bij de geconstateerde overtredingen handheld bellen en niet gebruiken van fietsverlichting is de stijging in de staande houdingen het grootste. In de eerste vier maanden van 2018 zijn 36.661 overtredingen wegens handheldbellen geconstateerd. Dat is ongeveer een kwart meer dan de 27.029 in dezelfde periode in 2017. Voor het niet gebruiken van fietsverlichting zijn in het eerste tertiaal van dit jaar 22.379 overtredingen geconstateerd, tegen 13.488 in dezelfde periode vorig jaar.
te hard rijden
Het merendeel van de verkeersovertredingen voor te hard rijden wordt geconstateerd met digitale handhavingsmiddelen. Er zijn 2.558.671 boetes opgelegd voor te hard rijden in de eerste vier maanden van 2018, tegen 2.468.889 in dezelfde periode in 2017. In het eerste tertiaal van dit jaar zijn er 1.241.398 snelheidsovertredingen geconstateerd met behulp van een flitspaal, 670.445 met een trajectcontrole en 619.608 middels mobiele radarsets. De mobiele radarsets kunnen met ingang van dit jaar meegenomen in de periodieke verkeersoverzichten.
Buitenlandse verkeersovertreders
In de eerste vier maanden van 2018 zijn 316.691 verkeersboetes naar een buitenlandse verkeersovertreder verstuurd. Dat is iets meer dan de 294.476 in dezelfde periode in 2017. De procentuele stijging is hier ongeveer gelijk aan de toename van het totaal aantal geconstateerde verkeersovertredingen in Nederland.
* Het viermaandelijks overzicht van de verkeersboetes op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv), ofwel Wet Mulder, wordt samengesteld door het ministerie van Justitie en Veiligheid, Nationale Politie, het CJIB en het Openbaar Ministerie (OM).