Koninklijke Horeca Nederland (KHN) presenteerde 9 januari, op de eerste dag van Horecava, de economische terugblik op het horecajaar 2022 en een vooruitblik op 2023. Hoewel de omzet in de branche weer op hetzelfde niveau is als voor de coronacrisis, blijven de (financiële) uitdagingen voor ondernemers groot. Dit komt met name door de hoge inkoopprijzen, de energiecrisis en tekorten op de arbeidsmarkt. Toch kijkt de branche vol goede moed en vertrouwen vooruit naar een mooi horecajaar.
Hoge omzet, maar nog niet uit de problemen
Na twee zware crisisjaren hebben gasten de horeca weer goed weten te vinden. De omzet van de sector zat in 2022 met 25,9 miljard euro iets boven het niveau van pre-coronajaar 2019. De fastfoodketens en lunchrooms zijn zelfs ruim boven het niveau van 2019 gestegen. Maar dit betekent niet dat de branche uit de financiële zorgen is. Vanwege onder andere de torenhoge inkoopprijzen, stijgende energiekosten en huren, worden ondernemers enorm in hun verdiencapaciteit beperkt. Verschillende energiesteunmaatregelen vanuit de overheid bieden enige compensatie, maar zijn niet voldoende om te voorkomen dat de rendementen zwaar onder druk staan.
Het aantal horecabedrijven neemt nog steeds toe. Op dit moment zijn er 35.000 bedrijven met twee of meer werkzame personen, maar de groei zit voornamelijk in bedrijven met één werkzame persoon. Deze stijging zit met name in de eventcatering en particuliere hotels, zoals bed & breakfast- en Airbnb-aanbieders.
Arbeidsmarkt; hoge instroom maar ook uitstroom, steeds minder professionals met een vakopleiding
De krapte op de arbeidsmarkt blijft een grote uitdaging voor veel horecaondernemers. Er zijn momenteel 440.000 personen werkzaam in de branche en er is een grote instroom van nieuwe, voornamelijk jonge, medewerkers. Deze groep bestaat voor een groot deel uit deeltijders en/of medewerkers zonder opleiding. Het aantal mensen dat een vakdiploma in de horeca haalt, neemt al jaren af. Ook zien veel jongeren de sector nog steeds als een tijdelijke werkgever en stromen na één of twee jaar weer uit. De spanning op de arbeidsmarkt zal naar verwachting in 2023 nét wat minder worden, maar de krapte blijft.
KHN-voorzitter Robèr Willemsen: “Als branche ligt daar dan ook een van de belangrijkste focuspunten voor 2023: laten zien hoe waardevol, leerzaam én leuk het is om te werken in de horeca. En dat het ook een zeer geschikte branche is voor een langdurige carrière, volop ontwikkelmogelijkheden.”
Volop kansen in 2023. Goed werkgeverschap en innovatie zijn cruciaal
Het wordt voor de horeca opnieuw een uitdagend jaar. We leven in een onrustige wereld, met als gevolg ontrust op de markten. Maar de sector barst van veerkrachtige, creatieve en vindingrijke ondernemers. Ondanks de uitdagingen, ziet KHN dan ook volop kansen voor de sector in 2023. Cruciaal is dat de horeca blijft investeren in goed werkgeverschap en innovatie. Meer dan ooit zal de horecawerkgever zich moeten inspannen om medewerkers langer te binden en boeien voor werk in de sector. Innovatie door een slimme inzet van techniek en artificial intelligence kunnen een belangrijke rol spelen om tot een noodzakelijke productiviteitsverhoging en tegelijkertijd productenverbetering te komen.
De horeca heeft een faciliterende overheid nodig
De branche brandt van ambitie om de draad verder op te pakken, maar heeft hierbij een faciliterende overheid nodig. Een overheid die de branche niet nog meer lastenverzwaringen oplegt. En een overheid die bij het uitwerken van plannen om flexibiliteit op de arbeidsmarkt terug te dringen, niet doorslaat in het opleggen van onwerkbare normen voor een sector die een zekere flexibiliteit nodig heeft. Meer werken moet ook weer écht gaan lonen. De horecabranche heeft een overheid nodig die ruimte voor ondernemerschap weer in balans weet te brengen met bestaanszekerheid voor mensen.