Werkloze zestigplussers die moeilijk weer een nieuwe baan vinden, kunnen ook de komende jaren op een passend vangnet rekenen. Het kabinet wil de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen (IOW) met vier jaar verlengen. De ministerraad heeft ingestemd met het voorstel van minister Van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid om deze wetswijziging naar de Tweede Kamer te sturen.
Zestigplussers lopen een groter risico op langdurige werkloosheid. Daarom kunnen zij, als ze ouder dan 60 jaar en 4 maanden waren op het moment dat ze werkloos raakten, een IOW-uitkering aanvragen nadat hun WW- of WGA-uitkering is afgelopen. Zo wordt voorkomen dat oudere werklozen in de jaren voordat ze recht hebben op AOW terug moeten vallen op de bijstand en hun spaargeld moeten aanspreken of huis moeten opeten.
Minister Van Gennip: “Met de verlenging van de IOW zorgen we ook de komende jaren voor een passend vangnet voor zestigplussers die hun baan verliezen en moeilijk weer aan werk komen. Ondertussen werken we samen met sociale partners verder aan een betere positie van senioren op de arbeidsmarkt. Dat is belangrijk voor henzelf en voor onze samenleving.”
Oudere werklozen een IOW-uitkering
Het voorstel treedt, als de Tweede Kamer en Eerste Kamer hiermee instemmen, met terugwerkende kracht in werking per 1 januari 2024. In de tussentijd kunnen oudere werklozen de IOW-uitkering wel aanvragen als ze daar na afloop van de WW of WGA recht op hebben.
De verlenging van de IOW werd vorig jaar door minister Van Gennip aangekondigd bij de presentatie van het pakket met hervormingen voor de arbeidsmarkt.