Binnenland – De regionale advies- en meldpunten voor huiselijk geweld en kindermishandeling kampen massaal met capaciteitsproblemen waardoor meldingen te lang blijven liggen. Dat blijkt uit een groot inspectieonderzoek. Daardoor worden geweldszaken te langzaam afgehandeld. Bij een kwart van de organisaties bestaat zelfs een wachtlijst voor de eerste, cruciale beoordeling van signalen dat het mis is.
Volgens de wet moeten onderzoeken naar geweld binnen tien weken na een serieuze melding zijn afgerond, maar dit lukt bij 22 van de 24 beoordeelde ‘Veilig Thuis’ organisaties niet. Vrijwel alle regio’s hadden in 2016 nog te kampen met wachtlijsten, die nu langzaam maar zeker worden weggewerkt.
Drukte
Feitelijk lijden de advies- en meldpunten onder hun eigen succes. De afgelopen twee jaar is het aantal meldingen van huiselijk geweld en kindermishandeling bij alle organisaties flink gestegen. Ook wisselt de drukte enorm, waardoor stapels zaken regelmatig vertraging oplopen.
Verder ronden veel regio’s hun onderzoek pas af als zij hulpverleners hebben ingeschakeld. Dit kan tijdrovend zijn door bijvoorbeeld wachttijden bij zorgaanbieders of door uitgebreid onderzoek bij de Kinderbescherming. Verder is soms niet of slecht te zien in het systeem hoe oud een melding is.
Alle Veilig Thuis organisaties treden voortvarend op bij acute situaties van onveiligheid, maar mondeling gemaakte afspraken om de veiligheid van bijvoorbeeld kinderen in een huis te waarborgen op langere termijn liggen volgens onderzoekers van de zorginspectie niet duidelijk vast.
Kwaliteit
Per saldo scoren 4 van de 24 onderzochte organisaties matig, omdat zij een wachtlijst hebben voor beoordeling of onderzoek. Zes andere regio’s behalen eveneens het oordeel matig, omdat zij niet voldoen aan zeven tot tien van de verwachtingen die de inspectie heeft over de service en kwaliteit van hulpverlening.
Twee Veilig Thuis organisaties, Hollands-Midden en Rotterdam-Rijnmond, bungelen helemaal onderaan: zij scoren ronduit onvoldoende door een wachtlijst voor onderzoek en voldoen slecht aan de gestelde verwachtingen. Deze regio’s worden opnieuw getoetst om te kijken of ze straks wél voldoen.
Zorgwekkend
De inspecties verwachten dat alle organisaties binnen een half jaar een voldoende kunnen halen. Staatssecretaris Van Rijn stelt in een Kamerbrief: ,,Er is veel werk verzet, veel verbeterd, maar aandacht is en blijft nodig om deze opgaande lijn vast te houden.”
,,Ik vind deze signalen toch weer zorgwekkend, terwijl er al meerdere keren aan de bel is getrokken”, zegt D66-Kamerlid Vera Bergkamp. ,,Het is goed dat mensen de weg weten te vinden naar Veilig Thuis en dat urgente zaken worden opgepakt, maar er moet altijd tijdig worden ingegrepen. Daarop blijven we aandringen. Want als het misgaat dan gaat het ook goed mis.”