Snel en adequaat reageren op een aanval vanuit de lucht tijdens een groot conflict tussen de NAVO en een agressor die over de modernste wapensystemen beschikt, terwijl luchtdreigingen vanuit andere landen ook aanwezig blijft. Dat is de uitdaging die lidstaten en bevriende naties van 6 t/m 31 maart tijdens de oefening Joint Project Optic Windmill tot op het hoogste Europese NAVO-niveau beoefenen.
Het koppelen van de verdedigingsmiddelen van alle deelnemende land-, lucht- en zeemachten zorgt voor een effectieve en efficiënte luchtverdediging van Europa. Wetenschappelijke instituten, zoals TNO, helpen de militaire organisatie bij het experimenteren met de laatste technologische ontwikkelingen. Kloppend hart van de oefening is de Luitenant-generaal Bestkazerne in De Vredepeel, thuisbasis van de Nederlandse luchtverdedigers.
Dreiging in de lucht
Recente conflicten tonen de vernietigende werking aan van – al dan niet ‘slimme’ – drones en ‘hightech’-raketten. De oorlog in Oekraïne is een voorbeeld dichtbij, maar zeker niet het enige. In het recente conflict tussen Azerbeidzjan en Armenië speelden drones een hoofdrol.
Veel landen beschikken over luchtverdedigingscapaciteiten om eigen grondgebied en bevolking te beschermen. Zeker de lidstaten van de Navo beschikken over middelen waarmee ze vanaf de grond, vanaf zee of vanuit de lucht dergelijke dreiging kunnen afwenden. Maar al die verschillende wapensystemen bieden pas écht effectieve bescherming als ze als één geheel kunnen opereren. En dat is een complexe opdracht.
Meerdere lagen
Geïntegreerde lucht- en raketverdediging is een samenwerking tussen verschillende verdedigingssystemen, die elk tot een bepaalde hoogte of verte verdediging kunnen bieden. Van het laagste niveau dat te zien is met het blote oog tot het hoogste niveau ver boven de wolken. Samen vormen deze systemen een denkbeeldige ondoordringbare koepel om een stad, gebied of land te beschermen.
Training in procedures zorgen ervoor dat bij het uitschakelen van een dreiging in de lucht de samenwerkende landen niet onnodig schaarse middelen inzetten, die bij een volgende aanval mogelijk harder nodig zijn. De uitdaging is om elke dreiging zo snel mogelijk te ontdekken, te identificeren en te onderscheppen met het juiste middel.
Samenwerken
Omdat voor vrijwel elk gevaar een andere tegenmaatregel gewenst is, bestaat de nodige diversiteit in luchtverdedigingssystemen. Het ene systeem kan drones onderscheppen, het andere een vliegtuig of helikopter en het volgende een raket. Samen kunnen de radar- en wapensystemen het hele spectrum afdekken, maar dan moeten ze wel onderling te verbinden zijn. De benodigde ‘interoperabiliteit’ vereist afstemming in hardware, software, procedures, coderingen, rubriceringen en meer. Interoperabiliteit is nodig om effectief tot geïntegreerde lucht- en raketverdediging te komen. Gezamenlijk oefenen, experimenteren en ontwikkelen is daarom noodzakelijk.
Compleet gesimuleerd
Hoewel op de kazerne in Vredepeel enkel containers en tenten te zien zijn, vormt het geavanceerde geheel van computers daarbinnen de ruggengraat van de grootste Europese oefening in zijn soort. Via verbindingen met simulatiemiddelen en systemen op diverse andere locaties in de wereld zijn ‘van de enkele luchtverdedigingseenheid’ tot ‘het hoogste besluitvormingsniveau van de NAVO in Europa’ in de oefening betrokken. Toch staat geen raket op scherp tijdens de oefening. Alles wordt gesimuleerd. De direct omwonenden van Vredepeel zullen dus weinig van de oefening merken, hooguit de toevallige ontmoetingen in de omgeving met militairen uit verschillende landen.
Worden er ook nog HAWK raketten ingezet.