KNRM station Zandvoort ontving zaterdag 9 november 13 trouwe donateurs die met hun vrijwillige bijdragen al 50 of 60 jaar het reddingwerk financieel mogelijk maken. Twee dagen voor de 200e verjaardag van de KNRM worden zij geëerd door de vrijwilligers van de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij door het hele land op bijna alle 45 reddingstations. Deze “Redders aan de wal” werden in 1964 of 1974 donateur van de KNRM en zijn dat altijd gebleven. Het was een dag vol bijzondere verhalen en glunderende gezichten toen de senioren van de boot afstapten.
Donateurs KNRM
Zandvoorter Pieter Joustra, donateur sinds 1974, liet KNRM Zandvoort weten dat alle Zandvoorters die van de zee houden, zwemmen, surfen of zeilen, de KNRM zouden moeten steunen: “Dank voor deze goed georganiseerde bijeenkomst. Ik was verheugd zoveel leden te ontmoeten, waar ik zoveel respect voor heb. De KNRM is meer dan een vrijetijdsorganisatie. Het kost tijd en inspanning en is zeker niet zonder levensgevaar. Zandvoorters dienen trots te zijn op deze hardwerkende vrijwilligers, zowel mannen als vrouwen. Iedereen geniet van de zee. Zeilers, surfers, voor Zandvoorters is dit hèt moment om donateur te worden.”
De heer Van Heck, al 60 jaar trouwe donateur van de KNRM, had een bijzonder verhaal over hoe hij ooit donateur was geworden. Het was een moment dat hij nooit meer vergeet. “Mijn oma woonde aan de haven in Dordrecht. Ik kwam daar in de zomer wel zes weken achtereen en was geboeid door de schepen. Na een aanvaring en het zinken van de Berm bij Hoek van Holland, waarbij de KNRM te hulp schoot, ben ik donateur geworden. Het is heel mooi en belangrijk werk dat de KNRM doet.”
Er is veel gebeurd in de ontwikkeling van de reddingsmaterialen in de afgelopen 60 jaar. Van kurken reddingvesten en regenjassen, tot volledige overlevingspakken waarin je 48 uur kunt overleven in zee. In 1964 werden reddingboten voorzien van marifoons. Daardoor verbeterde de communicatie tussen schip en wal en tussen schepen onderling. Voor de reddingstations Zandvoort en Vlieland werden nieuwe reddingboten gebouwd. Het waren overnaads gebouwde houten sloepen.
Voor het reddingstation Terschelling was een nieuwe grote zelfrichtende reddingboot in aanbouw: de Carlot.De grote reddingboten kregen voortaan een gesloten stuurhuis, zoals ook de reddingboot Koningin Juliana, waarvan de bouw in 1962 werd gestart. Voor de bemanning veiliger in extreem weer. Er werden Chevrolettrucks aangeschaft voor de lijnwerp- en wippertoestellen. Deze trucks hadden nog dienst gedaan in de Tweede Wereldoorlog en deden na 1961 nog meer dan 30 jaar dienst.
Glunderende gezichten
Het hoogtepunt van het bezoek was de vaartocht met de reddingboot. Ondanks de hoge leeftijd en soms broze gezondheid van vele trouwe donateurs, koos bijna iedereen ervoor om mee te gaan. De glunderende gezichten bij terugkomst waren goud waard. ‘Elk jaar is het opnieuw een mooie ervaring. De trouwe donateurs heten niet voor niets zo. Ze leven met ons mee en dat voel je bij zo’n ontmoeting.
Velen hebben gevaren op hun eigen plezierjacht of soms op de koopvaardij of bij de marine, maar ook een redding in de omgeving of van een varend familielid kan ervoor hebben gezorgd dat iemand donateur werd. Elk verhaal is bijzonder en veelal ontroerend.’, aldus Jan Willem van den Bout, Schipper van reddingstation Zandvoort.
Trouwe donateurs
November is van oudsher de maand dat de reddingstations de trouwe donateurs ontvangen, omdat de KNRM op 11 november haar oprichting in 1824 viert. Dit jaar in het bijzonder, het 200-jarig jubileum. Sindsdien bestaat de KNRM dankzij donaties, giften, schenkingen en nalatenschappen, zonder overheidssubsidie. De traditie om donateurs na een “dienstverband” van 25, 40, 50 en 60 jaar (en soms 70 en een van 80 jaar) een attentie toe te sturen en uit te nodigen op de reddingstations om persoonlijk kennis te komen maken bestaat bij de KNRM al heel lang.
KNRM Zandvoort
Reddingstation KNRM Zandvoort heeft 26 vrijwilligers, waaronder een schipper en drie plaatsvervangend schippers, die elk moment opgeroepen kunnen worden om te helpen bij een reddingsactie. Dit zijn er gemiddeld zo’n 30 per jaar. Zij oefenen om de week op zaterdagochtend en zijn maandagavond aanwezig voor het nodige onderhoud. De plaatselijke commissie bestaat uit vijf leden die de organisatie rondom het station faciliteren.