Het aantal bedrijven dat bagage afhandelt op Schiphol wordt verlaagd naar drie. Dat heeft minister Mark Harbers donderdag besloten.
Op Schiphol zijn zes bedrijven actief in de afhandeling van bagage, vracht en post, dat zijn er relatief veel vergeleken met andere Europese luchthavens. Het hoge aantal bevordert concurrentie, maar kan ook negatieve gevolgen hebben voor de arbeidsomstandigheden van werknemers en de kwaliteit van de dienstverlening. Voorbeelden van deze negatieve gevolgen zijn de afgelopen jaren voor iedereen zichtbaar geworden.
3 negatieve gevolgen tegengaan
Die negatieve gevolgen wil het ministerie met dit besluit tegengaan. Uit onderzoek in opdracht van het ministerie blijkt dat de markt voor afhandeling op Schiphol te klein is voor zo veel spelers en dat een beperking van het aantal afhandelaren de omstandigheden voor werknemers en de kwaliteit kan verbeteren.
Bagageafhandeling
“Het werd in 2022 voor iedereen duidelijk dat het niet goed ging met de bagageafhandeling op Schiphol. Dat moet anders”, zegt minister van Infrastructuur en Waterstaat Mark Harbers. “Met dit besluit kunnen we een positieve verandering teweeg brengen op de luchthaven, voor zowel de passagiers als de werknemers die in de bagageafhandeling werken.”
Het besluit geldt alleen voor de bedrijven die bagage van passagiersvliegtuigen afhandelen. Op basis van reacties vanuit de sector die vorig jaar tijdens de consultatiefase opkwamen, is besloten de vrachtsector uit te zonderen. Een beperking van het aantal afhandelaren hier zou operationele en logistieke problemen kunnen veroorzaken. Er wordt wel naar alternatieve mogelijkheden gekeken om de omstandigheden ook in dit deel van de sector te verbeteren.
Ook de afhandeling van General Aviation, waar onder meer privévluchten en kleine toestellen voor rondvluchten onder vallen, wordt uitgezonderd van de beperking.
Europese aanbesteding
Nu het besluit definitief is, kan Schiphol beginnen met een Europese aanbesteding, wat naar verwachting ongeveer een jaar zal duren. Daarna volgt een overgangsperiode, waarin iedereen zich kan voorbereiden op de veranderende situatie.