Er komen meer praktijkondersteuners jeugd bij Arnhemse huisartsen. De proef, die sinds 1 oktober 2020 liep bij drie huisartsenpraktijken, is erg succesvol verlopen. Het college van B&W heeft daarom besloten het aantal praktijkondersteuners jeugd uit te breiden naar vier. Twee van hen blijven werkzaam bij de praktijken die meededen aan de proef in de Schuytgraaf en Arnhem Noordoost. De andere twee worden ingezet voor de uitbreiding naar andere praktijken in Arnhem. Daarvoor werkt de gemeente samen met de coöperatie Onze Huisartsen.
Praktijkondersteuners
‘We willen dit nu fasegewijs uitbreiden, te beginnen bij de wijken waar de grootste behoefte ligt’, aldus wethouder Jeugd Bob Roelofs. ‘Dat zijn de wijken waar vaker dan gemiddeld een beroep wordt gedaan op specialistische jeugdzorg.‘
Sneller en beter
De praktijkondersteuner jeugd is er speciaal voor kinderen en jongeren met psychische problemen, of met gedragsproblemen. Voorheen verwezen huisartsen dan vaak door naar psychologen of psychiaters. In driekwart van de gevallen kunnen deze patiënten geholpen worden door de praktijkondersteuner jeugd. Dat betekent dat de kinderen veel sneller en beter geholpen konden worden, en dat de hulp ook veel laagdrempeliger is. Omdat zij niet doorverwezen hoeven te worden naar specialistische hulp, is de zorg ook nog eens goedkoper. De praktijkondersteuner jeugd heeft vaak de opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening of HBO-V gedaan.
Huisartsen zijn enthousiast
De inzet van de praktijkondersteuner jeugd maakt ook dat er beter wordt samengewerkt. De huisartsen en sociale wijkteams weten elkaar beter te vinden en leerkrachten, welzijns- en zorgprofessionals raken eerder betrokken bij jongeren en kinderen die hulp nodig hebben. Bovendien worden huisartsen ontlast, omdat de praktijkondersteuner jeugd kan diagnosticeren, zelf kan behandelen en weet welke zorg aanvullend nodig is. Niet voor niets willen de huisartsen en sociale wijkteams zelf ook graag verder met de praktijkondersteuners.
Roelofs: ‘Het mes snijdt aan vele kanten. Kinderen en jongeren worden sneller en beter geholpen. Er wordt beter samengewerkt door alle betrokken partijen en de gemeente bespaart ook nog eens geld. En waar nodig, kan er gewoon naar specialistische zorg worden doorverwezen.’
