De werkgroep ‘Hortus Civitatis‘ heeft het ‘Vliegend hert’ op vlaggenstof vereeuwigd. De werkgroep maakte daarvoor gebruik van vrouwen make-up die de Romeinen toen gebruikten. Het ‘Vliegend hert’ ontpopt zich als het ware als de ‘Godin van de Stad’ om zijn biotoop in de stad Nijmegen te helpen vergroten met beeldend kunst. De wind op de vlaggenstof met het ‘Vliegend hert’ erop afgebeeld helpt hierbij om het in beweging te brengen.
Romeinse vrouwen make-up als inspiratiebron
De Romeinse vrouwenmake-up bestond toen uit rode oker, rouge om hun wangen op te fleuren. De lippenstift werd gemaakt uit rode algen. Ook groenten en planten werden gebruikt om zichzelf met de make-up mooi te maken. De wenkbrauwen werden vaak getekend met roet, kohl omdat toen donkere wenkbrauwen aantrekkelijk gevonden werd. Voor de blauwe en groene oogschaduw gebruikten de vrouwen verschillende mineralen.
Romeinse Goden en Godinnen
De Romeinen vereerden vele goden en godinnen waarin zij met veel overtuiging in geloofde met beelden en speciaal ingericht huisaltaartjes om de goden en godinnen te vereren..
“Vliegend hert’ ontpopt als een ‘Godin van de Stad
De werkgroep ‘Hortus Civitatis’ gaat het ‘Vliegend hert’ als levend icoon op de kaart zetten, om het vliegend hert met natuur, cultuur en beeldende kunst met de stad te verbinden.
Interactie met het ‘Vliegend hert’
De bedoeling van de werkgroep ‘Hortus Civitatis’ is om samen met anderen het kunstproject te delen Daarom gaat de werkgroep studenten en scholieren benaderen om totaal 12 stuks kunstvlaggen te gaan ontwerpen. Het uitgangspunt van het kunstproject is, dat het ‘Vliegend hert’ als ‘Godin van de Stad’ erop afgebeeld staat op de kunstvlaggen. Beeldend kunstenaar Boudewijn Corstiaensen verzorgt de artistieke begeleiding..
Performance tijdens de vlaggenparade
Alle kunstvlaggen met het ‘Vliegend hert‘ erop afgebeeld zullen nog dit jaar met een wandelparade worden getoond Wij gaan hiervoor op het Romeins wandelpad in stadspark Brakkenstein een rondje door het stadspark lopen, waar ook de broedstoven van het ‘Vliegend hert’ te ontdekken zijn.