Eindhoven – Op 15 maart gaat in Woensel-Zuid en in Gestel een wijk-GGD’er aan de slag. De inzet is enerzijds gericht op het tegengaan van overlast door ‘verwarde personen’ of personen met onbegrepen gedrag in deze stadsdelen, waar de GGD’er de focus legt op de wijken Oud-Woensel en Oud-Gestel. Anderzijds zet gemeente Eindhoven met de pilot in op het organiseren van goede hulp, met als doel de juiste zorg eerder op de juiste plek te krijgen.
De wijk-GGD’er helpt een brug te slaan tussen de partners uit het sociaal, veiligheids- en ruimtelijk domein. Daarmee wordt de kans vergroot dat iemand met verward gedrag tijdig de juiste vorm van zorg en ondersteuning krijgt en wordt de kans op overlast en verdere escalatie verkleind. De pilot duurt een jaar en daarna wordt op basis van evaluatie een besluit genomen over het vervolg.
Cliënt en omgeving
Wethouder Renate Richters (Zorg en welzijn): “In Eindhoven zijn er het laatste jaar meer meldingen van overlast door personen met onbegrepen gedrag. Dat is onder andere te verklaren aan de hand van verschillende ontwikkelingen met als inzet om mensen zo lang mogelijk in de wijk, in hun eigen huis te laten wonen. Al dan niet met begeleiding. Als het uiteindelijk toch niet goed gaat met iemand, is het nodig dat er snel een interventie plaatsvindt. De wijk-GGD’er combineert sociaal-psychiatrische met somatische kennis en heeft daarmee een breed blikveld. Er wordt bovendien niet alleen gekeken vanuit cliëntperspectief, maar de wijk-GGD’er opereert ook vanuit de behoefte van de omgeving.”
Passende zorg in de wijk
De wijk-GGD’ers hanteren een zogeheten ‘outreachende aanpak’: zij signaleren, gaan op meldingen af en bewegen zich in de woonomgeving van de betrokkene. Zij passen daarbij zowel sociaal-psychiatrische als ook kennis van de somatiek toe om een goede beoordeling van de situatie te maken en naar de meest passende zorg te leiden. Hun inzet richt zich niet enkel op de persoon waar de melding betrekking op heeft, maar ook op hun omgeving. Bijvoorbeeld door psycho-educatie of door tips en adviezen te geven hoe het beste met overlast om te gaan. Daarnaast bieden zij op informele wijze ondersteuning aan ketenpartners, spreken hen aan op gemaakte afspraken en herkennen onderliggende belangen en maken deze bespreekbaar.