Op een opmerkelijke setting langs de prachtige wateren van de IJssel bundelden gedeputeerde Hoogland van de Provincie Overijssel en wethouder Hans Olthof van de gemeente Olst-Wijhe hun krachten voor een gezamenlijk initiatief: het IJsselpark. Tijdens deze vergadering op het water deelden zij hun visie en ambities voor het gebied rondom de IJssel, met speciale aandacht voor de ontwikkelingen in Wijhe over de komende 10 jaar.
“Wij geloven sterk in het potentieel van het IJsselgebied en het IJsselpark als een toonaangevende bestemming voor natuur, recreatie en duurzaamheid,” aldus wethouder Olthof. “De samenwerking met de provincie is cruciaal om deze ambitie te verwezenlijken. We hebben de ambitie om de komende jaren concrete stappen te zetten die het gebied transformeren tot een bloeiende en toegankelijke omgeving voor onze inwoners en bezoekers.
Hierbij streven we naar een parkachtige inrichting, waarin er ruimte is voor iedereen: jong, oud, inwoners van Olst-Wijhe, maar ook bezoekers van elders. Onze prachtige ligging, tussen Hanzesteden en nationale parken, biedt volop mogelijkheden voor een gastvrije omgeving voor fietsers, wandelaars en watersporters. Daarnaast zorgen de ontwikkelingen van het HoogWaterBeschermingsProgramma en de KaderRichtlijnWater ervoor, dat we ons als gemeente nú actief moeten inzetten op recreatie en toerisme rondom de IJssel.”
Gedeputeerde Hoogland
Het hoogtepunt van de dag was de inzet van de gemeenteboot, die de grens tussen land en water overbrugde. Gedeputeerde Hoogland en wethouder Olthof staken stapten gezamenlijk “de grens over” door vanaf het land het water op te gaan. Dit symboliseerde niet alleen de verbondenheid met het gebied, maar ook de bereidheid om grenzen te verleggen voor gezamenlijke doelen.
Wethouder Olthof sluit de dag met enthousiasme af: “Deze drijvende vergadering op de IJssel vertegenwoordigt niet alleen onze verbondenheid met het water, maar ook onze vastberadenheid om gezamenlijk te streven naar een bloeiend IJsselgebied. Het is een moment van inspiratie en samenwerking.”
