Nieuwegein – 30 Nieuwegeiners en 12 IJsselsteiners meten sinds vandaag met snuffelfietsen de hoeveelheid fijnstof terwijl zij naar hun werk fietsen, hun boodschappen doen of een fietstochtje maken. Dankzij een klein kastje aan het stuur is hun fiets nu een snuffelfiets. Het kastje meet onderweg elke 10 seconden de hoeveelheid fijnstof, de locatie, de snelheid, het wattage, de temperatuur, de luchtvochtigheid en een aantal organische gassen.
De snuffelfiets is nu nog een experiment van de provincie Utrecht. De data kan daarom nog niet gebruikt worden om conclusies te trekken over de luchtkwaliteit op een specifieke plek. Na een jaar wordt alle data bestudeerd door het RIVM en weten we bijvoorbeeld of 500 fietsen genoeg zijn om representatief te zijn en hoe er een model gemaakt kan worden van de data. Een voorbeeld: het kan zo zijn dat in één straat maar één keer een kastje langsfietst terwijl er net een ronkende brommer voorbij rijdt. Dan zegt de data weinig over de gemiddelde luchtkwaliteit in deze straat.
Waardevolle data
Wethouder Marieke Schouten is enthousiast over het experiment en zet zelf ook een kastje op haar fiets: “Doordat we als inwoners zelf luchtkwaliteit mee kunnen meten, leveren we waardevolle data voor onderzoek aan. We zien dan hoe de metingen zijn, hoe ze worden gebruikt, en waar fietsroutes schoner zijn. Dit is een belangrijke toevoeging aan de modellen die we gebruiken om de luchtkwaliteit te meten.” De meeste andere deelnemers zijn vooral benieuwd naar wat ze zelf onderweg gaan meten. Via een webapp kunnen ze precies zien hoe gezond de lucht is tijdens hun fietstochten en in hun straat. Tijdens een pilot in Zeist bleek al dat de 10 deelnemers zelfs extra waren gaan fietsen om zoveel mogelijk data te verzamelen.
Dit experiment met in totaal 500 kastjes in heel de regio duurt een jaar.
Snuffelfietsen
Programmamanager Stephen van Aken van de provincie Utrecht hoopt dat alle deelnemers nog veel langer met de kastjes blijven fietsen: “Dat betekent dat het experiment waardevolle data oplevert, die we in de toekomst kunnen gebruiken voor bijvoorbeeld gezonde en schone fietsroutes.”