Binnenland – Er zijn veel signalen dat de politie te zwaar belast zou zijn. Onderzoekers Astrid Scholtens en Ira Helsloot van Crisislab keken of het zou helpen om de noodhulp efficiënter te organiseren. Hun conclusie: bij de basisteams is er te weinig politiewerk om medewerkers die beschikbaar zijn voor meldingen zinvol aan het werk te houden.
Verantwoordelijk hoofdcommissaris Frans Heeres deelt de stelling van de onderzoekers dat het afhandelen van incidenten efficiënter kan. Maar volgens hem missen de onderzoekers een belangrijk punt: ‘De burger moet erop vertrouwen dat wij noodhulp snel en effectief uitvoeren.’
‘speciale taken’
Dat betekent volgens Heeres dat de politie zichtbaar en beschikbaar moet zijn voor burgers. ‘Surveilleren in de wijk tussen meldingen door is zinvol. Agenten zien en horen wat er op straat en in de wijk speelt en verzamelen zo nuttige informatie. Daarnaast gebruiken agenten de tijd tussen meldingen door ook om controles te doen of om werk dat is blijven liggen, af te maken en om aan hun speciale taken (zoals jeugd, ggz en dierenwelzijn) te werken.’
Experimenten met werkwijze
Tijdens het onderzoek is geëxperimenteerd met verschillende alternatieve werkwijzen rond de noodhulp. Zo kregen noodhulpteams werkopdrachten mee om tussen de meldingen door uit te voeren. Op die manier konden die teams werk doen op momenten dat er geen beroep op hen werd gedaan. Maar volgens de onderzoekers bleek het in de praktijk te lastig om werkopdrachten mee te geven aan de noodhulpteams en was deze methode daarom niet zinvol.
Noodhulpteams opgeheven
Betere resultaten kregen de onderzoekers in experimenten waarbij de noodhulpteams werden opgeheven. Dan moesten alle uitvoerende politiemensen die dienst hadden, reageren op meldingen. Daardoor kon het reguliere werk worden verdeeld over alle collega’s. Dat leidde volgens de onderzoekers inderdaad tot een effectievere en efficiëntere politieorganisatie. Maar ook daar zou blijken dat er te weinig politiewerk was.
Afbreuk aan wettelijke taak
Heeres onderschrijft die conclusie niet. ‘Veel basisteams werken al zonder aparte noodhulpteams, maar te weinig politiewerk, dat herken ik niet.’ Politiewerk bestaat volgens Heeres uit meer dan noodmeldingen en werkopdrachten zoals het onderzoek lijkt te suggereren. ‘De politie heeft ook andere maatschappelijke taken. Wij houden toezicht in de publieke ruimte, op straat. We bemiddelen bij conflicten en treden ook, dankzij ons geweldsmonopolie, op als scheidsrechter. En we werken aan preventie. Wat op welk moment nodig is, is lang niet altijd in werkopdrachten te vangen. Juist door op eigen initiatief zaken op te pakken die er op dat moment toe doen, ‘er te zijn’ door te surveilleren, wordt veel criminaliteit voorkomen.’