Zijne Majesteit de Koning reikt donderdagmiddag 5 oktober de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst 2023 uit in Koninklijk Paleis Amsterdam. Drie jonge kunstenaars worden onderscheiden en ontvangen elk een bedrag van 9.000 euro. Na de uitreiking opent de Koning de tentoonstelling waar werken van de winnaars en van de overige genomineerden te zien zijn.
Koninklijke Prijs
Dit jaar zonden 495 kunstenaars werken in. De jury, onder leiding van Mirjam Westen, koos hieruit de volgende genomineerden: Sofiia Dubyna, Bobbi Essers, Eddy Eustache, Ricardo van Eyk, Marije Gertenbach, Lorian Gwynn, Lieve Hakkers, Minne Kersten, Julia Kiryanova, Thierry Oussou, Kaili Smith, Wouter Paijmans, Dion Rosina, Julius Stibbe, Anouk van Zwieten.
De Koninklijke Prijs is in 1871 door Koning Willem III ingesteld als Koninklijke Subsidie voor Vrije Schilderkunst. Na Koning Willem III is de Koninklijke Prijs uitgereikt door opeenvolgende staatshoofden en Koning Willem-Alexander zet deze traditie sinds 2013 voort. De prijs is bedoeld om jonge, talentvolle schilders aan te moedigen in hun werk als kunstenaar. In Nederland werkzame beeldende kunstenaars tot 35 jaar kunnen meedingen naar de prijs.
De tentoonstelling in Koninklijk Paleis Amsterdam is geopend voor publiek van 7 oktober tot en met 5 november. Ieder jaar wordt ook een publieksprijs toegekend. Bezoekers van de tentoonstelling kunnen een voorkeur voor één van de geëxposeerde werken aangeven. Het schilderij met de meeste stemmen wordt verloot onder bezoekers die een voorkeur voor dit kunstwerk kenbaar maakten.
