9.2 C
De Bilt

Eikenprocessierups bestrijding Krimpenerwaard

Krimpenerwaard – Ook in de Krimpenerwaard is de eikenprocessierups weer in opkomst. Er zijn verschillende manieren waar op de vervelende rups wordt bestreden. Er wordt tegenwoordig vaak gekozen voor een milieuvriendelijke manier van bestrijden. De eikenprocessierups heeft brandharen die klachten kunnen veroorzaken bij mensen en dieren. De voornaamste klachten zijn irritatie van huid en slijmvliezen die met hevige jeuk gepaard kan gaan. Ook voor de eikenbomen zelf kan de eikenprocessierups op termijn nadelige gevolgen hebben.

De eikenprocessierups wordt een klein nachtvlindertje. Deze vlinder zet flinke hoeveelheden eitjes af op eiken. Daar komen de rupsen onschuldig uit maar ontwikkelen dan een beharing die ze verdedigt tegen rupsenpeuzelaars. Dit wapen beschermt hen tegen de meeste rups-etende roofdieren. De afgelopen jaren is de hoeveelheid overlast die mensen ervaren van de brandharen van de rupsen toegenomen. Gemeenten spannen zich al heel lang in om op allerlei manieren de eikenprocessierups te bestrijden. Bestrijding met chemische en biologische middelen, of met flinke stofzuigers. Het is duur werk dat bovendien voor een flinke nevenschade zorgt. Vooral de chemische en biologische bestrijding doodt vrijwel alle insecten in de (vaak juist erg soortenrijke) eikenbomen. Het opzuigen is de minst slechte optie, maar dat gaat relatief traag.

Omdat de eikenprocessierups steeds talrijker wordt, krijgt deze de aandacht van natuurlijke vijanden. Dat betekent dat ook sluipwespen en (kool)mezen zich met de rupsen kunnen gaan voeden. Onderzoeken in verschillende Nederlandse gemeenten, waaronder Ede en Rheden, wijst uit dat in een omgeving met een rijke variatie aan wilde planten en diersoorten, de rupsen veel minder talrijk worden dan op plekken waar een ‘monocultuur’ van eiken langs strak gemaaide wegbermen staan. 

Staatsbosbeheer

Staatsbosbeheer heeft in de Krimpenerwaard twee manieren van het bestrijden van de eikenprocessierupsen. Zo zuigen zij nesten weg met een speciale zuigmachine. Ook zijn er in februari een 50 tal mezenkasten geplaatst. Dit om meer mezen te lokken om te gaan broeden. De eikenprocessierupsen kunnen dan als voedsel voor de jongen dienen.

De koekoek, kan als geen ander overweg met harige rupsen. De meeste vogels eten de harige rupsen niet graag. Ook koolmezen pakken liever andere rupsen, maar als de harige rupsen in grote getale aanwezig zijn loont het voor hen de harige maar gewoon te pakken in plaats van te zoeken naar kleine, kale groene rupsjes. De harige exemplaren worden door de koolmezen ‘gepeld’ en dan over de 8 tot soms wel 14 mezenkuikens verdeeld. Een mezenjong eet in twee weken tijd zo’n 800 rupsen. Daarom is het ophangen van nestkasten een goede manier om schade door rupsen met een kwart te kunnen terugdringen.

Rupsen-val

Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard hebben een rupsenval geplaatst in de grote eikenboom langs krilpad in Krimpen aan de Lek. Dit smalle perceel wat loopt tot provinciale weg is in eigendom van dit waterschap.
Er zijn berichten dat deze rupsenval niet zou werken. De meeste eikenprocessierupsen lopen niet via de stam naar beneden. Ook zouden de zakken door de spinsels van de rupsen verstopt raken. Uit proeven die gedaan zijn met deze rupsenval, blijkt dat de val niet werkt. Ook is er het probleem dat door de grond en de eventuele rupsen in de zak niet verwerkt kunnen worden in de afvalverwerking. Deze rupsenval werd in andere Europese landen wel gebruikt om de dennenprocessierupsen te vangen. De rupsen lopen de dennenboom uit om in de grond te gaan verpoppen. Zo komen zij in de trechter waarin ze via een buis in een zak met grond terecht komen. Wanneer de zak vol is, kan deze worden afgevoerd. Maar de eikenprocessierups gaat niet altijd naar beneden. Zij kunnen zich ook boven in de boom tot vlinder ontwikkelen.

Eikenprocessierups
Foto: © Joke Rietveld – Regio Online

Eikenprocessierups blijft meestal bovenin de boom

Het gedrag van de eikenprocessierups wijkt echter wezenlijk af van de dennenprocessierups. De eikenprocessierups gaat niet per definitie via de stam naar beneden, de levenscyclus kan zich voltooien boven in de boom. Eipakketten zijn immers in de bovenste kroonhelft afgezet en de nesten waarin ze zich verpoppen worden merendeels ontwikkeld onder takoksels. Verpoppen in de bodem is voor de eikenprocessierups eerder uitzondering dan regel. De eikenprocessierupsen blijven dus voornamelijk in de bomen. Diverse proeven hebben echter aangetoond dat de rupsenval niet werkt voor de eikenprocessierups. Wetenschapper Luc Crevecoeur,  van de Provincie Limburg in België heeft al in 2012 proeven gedaan met de rupsenvallen. Dat leidde niet tot de gewenste resultaten.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in

Nieuws uit deze regio