Rotterdam – De gemeente komt met startersleningen voor het kopen van nieuwbouwwoningen. Ook voert ze een zelfbewoningsplicht in voor nieuwbouwkoopwoningen die op gemeentelijke grond staan of vanuit gemeentelijk vastgoed zijn ontwikkeld. Rotterdam neemt deze maatregelen zodat starters makkelijker een betaalbare woning kunnen kopen en om de bouw van nieuwe woningen te stimuleren.
Moeilijke situatie voor starters
Door de snel stijgende prijzen van woningen wordt het steeds moeilijker voor starters om een woning te kopen, ook in Rotterdam. De gemeenteraad heeft via de motie ‘Klaar voor een eerlijke start’ van Nida, 50+ en PvdA en verschillende raadsbrede moties van o.a. Leefbaar Rotterdam over de zelfbewoningsplicht aandacht gevraagd voor de positie van starters op de woningmarkt. Wethouder Bas Kurvers (Bouwen en Wonen): ‘Rotterdam is een stad met veel jonge inwoners. Dat maakt een starterslening voor woningzoekenden belangrijk.
Financiële ondersteuning
De financiële ondersteuning kan voor hen een mooie plus zijn op het bedrag dat ze eventueel zelf hebben gespaard om een woning te kopen. Of het is een laatste zetje voor mensen die vanuit een corporatie-huurwoning willen doorstromen naar een koopwoning. Daarmee komen betaalbare huurwoningen van woningcorporaties weer eerder beschikbaar voor nieuwe huurders. Daarnaast zal de starterslening ook een boost geven aan ontwikkelaars om nieuwe woningen te blijven bouwen, omdat meer mensen hierdoor een huis kunnen kopen. Zo snijdt het mes aan twee kanten.’
Verhuur- en speculatieverbod
Om te zorgen dat betaalbare nieuwbouwwoningen daadwerkelijk voor eigen bewoning worden gekocht en langer betaalbaar blijven, voert de gemeente de zelfbewoningsplicht in. In de vorm van een verhuurverbod, doorverkoopverbod en/of speculatieverbod. Dit geldt voor woningen die op gemeentelijke grond staan, zoals in Parkhaven, en voor gemeentelijk vastgoed dat getransformeerd wordt in woningen, zoals kluswoningen of woningen voor coöperatieve woonvormen. De zelfbewoningsplicht gaat per direct in voor nieuwbouwprojecten waar nog onderhandelingsruimte is.
Belang particuliere verhuurders
De particuliere verhuurders worden vaak als veroorzakers gezien van de snel stijgende woningprijzen en de schaarste aan betaalbare woningen. Onderzoek van het Kadaster in opdracht van de gemeenten Rotterdam, Maastricht en Utrecht in de eerste helft van 2020 laat een genuanceerder beeld zien: er worden bijna net zoveel woningen door beleggers gekocht van eigenaren-bewoners als verkocht aan eigenaren-bewoners.
Het totale tekort aan woningen blijkt de belangrijkste oorzaak van de snelle prijsstijgingen, zo wijst recent gemeentelijk onderzoek uit naar de situatie van koopstarters op de Rotterdamse woningmarkt. ‘Bovendien’, zegt wethouder Bas Kurvers, ‘hebben particuliere verhuurders een belangrijke rol in de stad. Zij voorzien in huurwoningen voor steeds meer mensen die flexibel willen wonen. Ook daarom vind ik het niet logisch om de particuliere verhuur volledig aan banden te leggen. Ik grijp echt alleen in waar nodig.’
Lobby voor maatregelen bestaand woningaanbod
De gemeente koerst op begin 2021 om de starterslening aan te bieden en sluit hiermee aan bij de maatregelen die het Rijk op Prinsjesdag heeft aangekondigd om de positie van starters op de koopwoningmarkt te verbeteren. Zoals het niet hoeven betalen van overdrachtsbelasting de komende vijf jaar. Omdat de gemeente alleen invloed op nieuwbouw heeft als er sprake is van de verkoop van gemeentelijk vastgoed of als de grond eigendom van de gemeente is, lobbyt Rotterdam bij het Rijk voor een bredere toepassing van de zelfbewoningsplicht en andere maatregelen. De gemeente wil ook in het bestaande woningaanbod – daar waar noodzakelijk – in kunnen grijpen, om te zorgen dat de hoeveelheid betaalbare koopwoningen in een wijk op orde blijft.