Hoe gaat dat eigenlijk: een dinosaurus opgraven? En hoe kom je er daarna van alles over te weten? Prof.dr. Anne Schulp kan het weten, want hij is al jaren bezig met opgravingen en onderzoek naar dino’s. Tijdens een publiekscollege van de Academie van Franeker op 19 oktober vertelt hij er alles over.
Dinoresten in het lab
Ze bestaan al 66 miljoen jaar niet meer en toch hebben we er allemaal een beeld bij: dinosauriërs. Klopt ons beeld ervan eigenlijk wel? En hoe doe je überhaupt onderzoek naar deze grote reptielen uit de oertijd? Daarover komt Anne Schulp vertellen bij een publiekscollege van de Academie van Franeker.
Schulp, die zijn wortels in Sneek heeft, is hoogleraar vertebratenpaleontologie aan de Universiteit Utrecht en onderzoeker bij natuurhistorisch museum Naturalis Biodiversity Center in Leiden. De afgelopen jaren groef hij onder meer de resten op van een Tyrannosaurus, een kudde Triceratops en meerdere langnekdino’s. Hij vertelt hoe zo’n opgraving in z’n werk gaat en hoe je die resten vervolgens in het laboratorium kunt onderzoeken. Nieuwe technieken in de paleontologie – de wetenschap van fossiele resten en sporen – brengen de botten steeds een stapje verder tot leven.
Opgravingen in de VS en Angola
Dinosauriërs en de zeereptielen uit de oertijd hebben de speciale aandacht van Schulp. Momenteel is hij betrokken bij opgravingen in Wyoming, waar hij naar de langnek uit het Jura-tijdperk graaft en bij opgravingen in Angola, waar mosasauriërs uit de Krijttijd uit de grond komen.
Het publiekscollege vindt plaats op 19 oktober in de collegezaal van de Academie van Franeker (Botniastins, Breedeplaats 1, Franeker). Aanvang: 20.30 uur. Toegangskaartjes à 7 euro zijn vanaf een halfuur voor aanvang verkrijgbaar in de Botniastins. Reserveren kan via academiefraneker.nl
