Op carnaval maandag vond net als elk jaar weer de Metworstrennen plaats in Boxmeer. Op de N-weg tussen Sambeek en Vortum-Mullem was een parcours aangelegd met een laag zand op de weg. De Metworstrennen trokken dit jaar 15.000 bezoekers. Volgens onze verslaggever een stuk drukker dan vorig jaar.
De paardenrace bestaat al eeuwen en is een jaarlijkse traditie in Boxmeer op carnavalsmaandag. Het is de bedoeling dat jongens die (nog) vrijgezel zijn en in Boxmeer wonen, op een paard zo snel mogelijk een parcours van 800 meter afleggen. De winnaar van de laatste rit wordt dan gekroond tot Koning van de Metworst.
Vroeg uit je bed
Net als elk jaar gingen de blazers vanaf 4.00 uur in de vroege ochtend Boxmeer in, om mensen uit hun bed te blazen om naar de bakker te gaan en een lekker warm worstenbroodje te halen bij de bakker. Daarna in een grote stoet naar het veld om naar de Metworst te kijken.
Veel bezoekers
Er kwamen dit jaar veel bezoekers richting het spektakel. Al vroeg stonden veel mensen aan de kant van het parcours om de deelnemers aan te moedigen om als snelste de finish te halen. Uiteindelijk telde de organisatie meer dan 15.000 toeschouwers.
Knollenrennen
Net ‘pauzenummer’ was net als elk jaar de knollenrennen. De deelnemers moesten ook het snelste over finish komen, maar niet alle knollen hadden even veel haast. Dat leverde zoals gebruikelijk soms weer komische taferelen op.
De jongste Koning van de Metworst
Dylano van Nunen is uitgroepen als Koning van de Metworst. Met zijn 13 jaar is hij de jongste winnaar ooit. Dylano heeft nog maar een jaar paardrijles gehad en deed voor de eerste keer mee. Zijn winst was een enorme verrassing voor iedereen. Dylano kon zijn ogen niet geloven toen hij in de finale stond met zijn tegenstanders Rens Verbrekt (24) en Roy van Eck ( 27).
De laatste mocht helaas niet meedoen aan de finale, omdat zijn paard op dat moment nog een te hoge hartslag had. Uiteindelijk was het ‘hard rijden en niet achterom kijken’, zo liet Dylano aan Omroep Brabant weten, om zo de winst binnen te halen.
