Dit kabinet zet in op een rechtvaardig, humaan en effectief asiel- en migratiebeleid. Daarom werkt het kabinet aan het versterken van legale migratie en het beperken van irreguliere vormen. Om dit te kunnen waarmaken moeten we meer grip op migratie krijgen. Wie komt naar Nederland, wie mag blijven, wie moet vertrekken, en welke effecten heeft dit alles op de samenleving? Om antwoord te krijgen op deze vragen, moet er een goed totaalbeeld van zijn. De tweede editie van de Staat van Migratie is door het kabinet op 4 juli naar de Tweede Kamer gestuurd.
Migratie is breed en altijd in beweging
Migratie is altijd in beweging. Of het nu gaat om de problemen met de opvang van asielzoekers, de komst van vluchtelingen uit Oekraïne of de invloed van de COVID-19-pandemie, het zijn stuk voor stuk situaties waaruit blijkt hoe belangrijk het is om grip te hebben. Grip begint met inzicht en overzicht, in de cijfers en het beleid in het jaar 2021. Dat is waar ook deze editie van de Staat van Migratie een bijdrage aan levert.
Als we het in Nederland over migratie hebben, dan wordt vaak gedacht aan asielzoekers en Ter Apel. Maar het is breder; door de jaren heen komen gemiddeld negen op de tien migranten hier om te werken of studeren. Ook asiel gaat verder dan de asielprocedure en begint al lang voordat mensen in Nederland aankomen. Daarom wordt in het rapport eerst het internationale, dan het Europese en afsluiten het nationale perspectief geschetst.
Al in 2021 terug op niveau van voor coronacrisis
Wat opvalt is dat de aantallen in 2021 terug waren op het niveau van voor de coronacrisis. De COVID-19-pandemie zorgde eerder in 2020 voor een sterke afname in migratie naar Nederland. In 2021 is de impact van de pandemie nog wel zichtbaar bij de terugkeer van migranten die onrechtmatig in Nederland verblijven. Door COVID-maatregelen is het vertrek van deze groep ook in 2021 lastiger dan voor de pandemie. Veel landen eisen namelijk een bewijs van vaccinatie of negatief testbewijs voordat iemand het land mag inreizen.
Ongeveer een derde van het totale aantal migranten dat jaarlijks naar Nederland komt betreft reguliere migranten van buiten de Europese Unie (EU), meer dan de helft van de instroom bestaat uit personen uit andere lidstaten van de EU. De asielinstroom vormt gemiddeld 12% per jaar. Van de migranten die in 2021 naar Nederland kwamen, vormden Polen (12%) de grootste groep, gevolgd door Roemenen (6%) en Syriërs (6%). In totaal zijn er in 2021 37.150 asielaanvragen gedaan, waarvan 24.690 eerste asielaanvragen, 10.120 nareizigers, 1.810 herhaalde asielaanvragen en 540 overige aanvragen. In 2021 zijn 18.480 vreemdelingen vertrokken die geen rechtmatig verblijf in Nederland hadden.
Ook vooruitkijken
In deze tweede editie van de Staat van Migratie wordt niet alleen teruggeblikt, maar ook vooruitgekeken. Dat betekent dat het kabinet laat zien hoe ver het is met alle plannen en ambities uit het coalitieakkoord. Steeds duidelijker wordt hoe groot de invloed van migratie op de Nederlandse samenleving is. Zo zet bijvoorbeeld de komst van meer migranten de al krappe woningmarkt verder onder druk. Maar de gevolgen reiken veel verder: migratie is namelijk de grootste factor in de demografische ontwikkeling van Nederland. Daarom heeft het kabinet steeds oog voor de vraag in hoeverre migratie aansluit bij de draagkracht en behoefte van de Nederlandse samenleving, nu en in de toekomst.