De wetenschap gaat niet uit van aannames, maar wil zoveel mogelijk checken of iets feitelijk waar is. Daarom zijn meetgegevens belangrijk. Om te onderzoeken hoe vleermuizen vliegen en of zij last kunnen krijgen van windmolens op zee, plaatsen wetenschappers antennes op enkele duintoppen in onze Noordkop.
Vleermuizen
Ook vorig jaar werden meetpalen door Wageningen Marine Research uit Den Helder geplaatst in het duingebied. Dat gebeurt deze maand weer. De periode van meten is van 15 augustus tot 10 oktober. Ook de komende twee jaar wordt in die periode gemeten, omdat dit de migratietijd is van vleermuizen. De wetenschappers doen dit in opdracht van Rijkswaterstaat en het ministerie van Economische Zaken. Van de verschillende beheerders/eigenaren en ook van de provincie is toestemming verleend voor het onderzoek.
Zendertjes
Op diverse plaatsen in Nederland gaan de wetenschappers vleermuizen voorzien van een piepklein zendertje. Met de antennes in het duingebied kunnen zij dan het trekgedrag van deze vleermuizen volgen. In het bijzonder gaat het om de ruige dwergvleermuis. Die trekt in de kop van Noord-Holland in de trek-periode in grote hoeveelheden langs. Het diertje komt helemaal uit de Baltische staten en vliegt verder naar het zuiden.
bat-detectors
De geplaatste meetpalen zijn zogenaamde richt-antennes (bat-detectors). Daarmee kunnen de wetenschappers precies bepalen waar de vleermuis vliegt en welke route hij volgt. De antennes zijn opvallend en staan op het Panoramaduin in Petten, het Zwanenwater, Julianadorp en bij de Stolpen. Het totale netwerk aan meetpalen loopt zelfs tot in België.
Wageningen Marine Research wil weten of de vleermuizen overzee vliegen richting Engeland of vooral de kustlijn volgen richting België. Dit vanwege de komst van windturbines op zee.