In de afgelopen twee jaar zijn 2 miljoen extra huishoudens overgestapt op schoon koken, zoals koken op een kookplaat of efficiënt kooktoestel in plaats van een open vuur. Dat is het resultaat van het SDG 7 Results-programma van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Met dit programma draagt RVO bij aan toegang tot hernieuwbare energie voor huishoudens in ontwikkelingslanden. De transitie naar schoon koken is goed voor het klimaat, redt mensenlevens en vergroot de emancipatie van vrouwen en meisjes.
Sinds 2004 is RVO bezig met het wereldwijd vergroten van de toegang tot schone energie en schone kookoplossingen. In het kader van de Millennium Development Goals heeft Nederland oorspronkelijk het doel van 15 miljoen mensen wereldwijd gesteld. Dat aantal is in 2015 behaald. Het huidige kabinet heeft de ambitie flink opgeschroefd: in 2030 moet de Nederlandse inzet hebben geleid tot 100 miljoen extra mensen die toegang hebben tot schone energie. Nederland is een van de grote spelers bij deze transitie. Ons land combineert samenwerking met private partijen, NGO’s en kennisinstellingen met publieke investeringen in faciliteiten voor schone energie (zonne-energie systemen en schoon koken). RVO richt zich in deze activiteiten veelal op de allerarmsten en mensen in afgelegen gebieden.
Schoon koken
Wereldwijd hebben 2.4 miljard mensen geen toegang tot schoon koken. Deze mensen, veelal woonachtig in Zuid-Oost Azië en Sub-Sahara Afrika, koken meestal op open vuur van hout of op houtskool, vaak binnen het huis. Dat leidt tot veel uitstoot van rook en roet. Dit heeft een grote impact op de luchtkwaliteit en het klimaat. Zo overlijden jaarlijks meer dan 4 miljoen mensen wereldwijd aan luchtvervuiling, meer dan aan malaria, tuberculose en HIV/AIDS samen. Bovendien is de klimaatimpact van traditioneel koken net zo groot als die van de mondiale luchtvaart.
Traditioneel koken remt ook de emancipatie van vrouwen en meisjes. Zij zijn nu doorgaans verantwoordelijk voor het verzamelen van brandstof, moeten het vuur op gang houden en blijven zo lange tijd in de rook zitten. Hierdoor houden zij weinig tijd over voor andere activiteiten zoals onderwijs, blijven ze gekluisterd aan huis en lopen ze de meeste kans op ernstige gezondheidsschade door rook.